In deze recensie plaatst Johan Malcorps twee boeken tegenover elkaar waarin de auteurs op zoek gaan naar een antwoord op de uitdagingen rond klimaatverandering. In het eerste boek: ‘Hoe Gaan we dit uitleggen? Onze Toekomst op een steeds warmere aarde’ (De Correspondent, 2019) pleit Jelmer Mommers vooral voor enige relativering. Aaron Bastani daarentegen stelt in zijn boek: ‘Fully Automated Luxury Communism. A Manifesto’ (Verso, 2019) dat het antwoord ligt in technologische vooruitgang.
Van angst naar hoop
In tijden van Trump en Bolsonaro en een stijgend aantal rampen dat direct of indirect verband houdt met de klimaatverandering, is er dringend nood aan hoop en positieve boodschappen. Wetenschappers, activisten, journalisten en filosofen hebben dit begrepen en gaan in tegen doemdenken en klimaatdepressies. Niemand ontkent dat de strijd hard zal zijn, dat de tegenstanders niets ontziend zijn, maar de strijd tegen de klimaatchaos kunnen we, zullen we winnen. Maar dan wel met nieuwe strategieën en nieuwe middelen. Zo is klimaatactivist Bill McKibben tot het besef gekomen dat rationele wetenschappelijke argumenten onvoldoende zijn om politieke verandering te bewerken. Maar activisme kan dit wel : de divest-beweging, de klimaatbetogingen .
Angst is geen goede motivatie om op lange termijn iets te doen aan het klimaatprobleem, zegt klimaatwetenschapster Katharine Hayhoe,” de mens kan het psychologisch niet aan om lang bang te zijn. Dan distantieert hij zich en keert hij het probleem de rug toe.
Angst is geen goede motivatie om op lange termijn iets te doen aan het klimaatprobleem, zegt klimaatwetenschapster Katharine Hayhoe,” de mens kan het psychologisch niet aan om lang bang te zijn. Dan distantieert hij zich en keert hij het probleem de rug toe. Als we het toch niet kunnen oplossen, waarom zouden we dan nog proberen?” In de plaats pleit Hayhoe voor ‘rationele hoop’. ‘Rationeel’ omdat we de problemen niet mogen minimaliseren. ‘Hoop’ omdat we er met doemberichten alleen niet zullen komen. Mensen hebben nood aan concrete haalbare oplossingen. Ze verwijst naar de lange lijst van technologische innovaties voorgesteld door de organisatie Drawdown . Als de markt echt vrij wordt en er een eind komt aan de massale subsidies voor fossiele brandstoffen (160.000 dollar per seconde volgens het IMF ), zullen groene oplossingen bovendrijven. De omslag die nodig is, is vergelijkbaar met de afschaffing van de slavernij. Toen werd ook de instorting van de economie voorspeld. Met de nieuwe klimaatacties van zoveel jongeren is er weer hoop .
Het gaat niet om minder, maar om meer
Jelmer Mommers van het Nederlands perscollectief De Correspondenten pleit in zijn boek eerst en vooral voor enige relativering. De klimaatverandering leidt niet binnen de kortste keren tot een apocalyps. Het is geen vijf voor twaalf. En zeggen dat de wereld binnen 12 jaar zal vergaan is onzin en pure bangmakerij. Ook het negatief zelfbeeld van de mens klopt niet. Mensen zijn geen onverbeterlijke egoïsten. Mensen zijn eerder tot samenwerking geneigd .
Voor Jelmer Mommers is er een nieuw verhaal nodig over klimaatverandering. Dat verhaal gaat niet om ‘minder’ : minder vliegen of minder autorijden.
Het draait om ‘meer en beter’ : meer geluk, meer welvaart, meer gezondheid. We moeten af van het waanidee dat we voor een loodzware opdracht staan. Of dat we geen tijd meer hebben om te kiezen voor geleidelijke stappen in de goede richting.
Het draait om ‘meer en beter’ : meer geluk, meer welvaart, meer gezondheid. We moeten af van het waanidee dat we voor een loodzware opdracht staan. Of dat we geen tijd meer hebben om te kiezen voor geleidelijke stappen in de goede richting. Maar dat neemt niet weg dat de uitdaging groot blijft. Verdere klimaatverandering is geen vaststaand gegeven, maar een keuze die we zelf al dan niet maken. Er zijn twee scenario’s mogelijk : een negatief ‘Muren’-scenario waarin superrijke ‘doomsday preppers’ zich verschansen in gated communities en op beveiligde eilanden. Het is het cynisch scenario waarbij de fossiele industrie grof geld blijft verdienen tot de laatste druppel olie opgepompt is, in het volle besef van de rampen die ze over de rest van de mensheid afroepen. Mommers beschrijft hoe de wetenschappers van het American Petroleum Institute al eind jaren ’60 volledig doordrongen waren van de omvang van de klimaatcrisis die ze met hun oliewinning aanrichtten. Olieconcerns als ExxonMobil en het Nederlandse Shell waren al lang op de hoogte, maar beseften dat ze geen kant meer op konden. Het is misdadig dat ze meer dan een miljard dollar investeerden om de publieke opinie voor te liegen en klimaatwetgeving af te blokken .
Het scenario van de Hoop
Maar er is ook een bijzonder hoopvol scenario mogelijk : het ‘Bossen’-scenario. Mensen kunnen kiezen voor gemeenschapsvorming en samenwerking. Alle technieken om onze wereld te verduurzamen zijn voorhanden. We kunnen terug kiezen voor ondernemende en investerende overheden die samen met ngo’s en burgers gaan voor de massale aanplanting van bossen, voor de uitrol van een ambitieus programma van energiebesparing en van hernieuwbare energie, voor een agro-ecologische omwenteling in de landbouw,… Landen als Costa Rica, Belize en Nieuw Zeeland hebben nu al het boren naar nieuwe reserves van fossiele brandstoffen verboden. Een grote oliereus als het Deens DONG (Dansk Olie of Naturgas) vindt zich zelf opnieuw uit als het groene bedrijf Ørsted, wereldleider in de bouw van windturbines. Bedrijven die vooroplopen in verduurzaming scoren veel beter op de beurs dan bedrijven uit de fossielebrandstoffensector. Er is dus hoop. Maar dat neemt niet weg dat er een nog veel grotere versnelling nodig blijft. En dat het een epische strijd zal worden met Big Oil. De totale waarde van fossiele investeringen die kunnen stranden, wordt geschat rond de 9 biljoen dollar. Voor investeerders loont het nu al om fossiel te dumpen. Het is simpelweg veel goedkoper om klimaatverandering aan te pakken dan het te laten gebeuren. Maar met elke ton CO2 die we niet uitstoten, besparen we de wereldeconomie van de toekomst naar schatting 400 dollar aan kosten. De circulaire economie biedt ons de kans om alle materialen die we nodig hebben voor de groene revolutie, in voldoende hoeveelheden te recyclen. Voor elke fossiel baan die verdwijnt, komen zeven groene banen in de plaats.
Politieke actie en persoonlijke actie
Maar een nieuw toekomstverhaal moet méér omvatten dan een beaat ‘ja’ tegen de alternatieven. Het moet ook een luide, duidelijke ‘nee’ bevatten tegen doorgaan op de huidige, gevaarlijke weg. Het is het gevecht van de eeuw.
Politieke actie is nodig, maar ook juridische actie. De kosten van de noodzakelijke klimaatverandering moeten deels verhaald worden op de oliemultinationals.
Politieke actie is nodig, maar ook juridische actie. De kosten van de noodzakelijke klimaatverandering moeten deels verhaald worden op de oliemultinationals. En dezelfde eis kan gesteld worden aan verzekeraars, banken en investeerders die de aanhoudende winning en verbranding van fossiele energie faciliteren. Investeerders moeten goed beseffen dat wie blijft investeren in klimaatchaos, ooit voor de rechter zal gesleept worden. Zoals nu de tabaksproducenten.
Mommers gelooft ook vurig in individuele actie.
In de eerste plaats in politieke actie, in activisme : op straat komen, je stem verheffen. Individuele acties of betogingen kunnen mislukken, maar langdurige collectieve inspanningen blijven nooit zonder resultaat. Kijk naar grote voorbeelden van activisme als de strijd tegen de slavernij, de strijd voor de emancipatie van vrouwen, zwarten, bevrijdingsbewegingen,…
Maar ook zelf anders gaan leven, levert een reële bijdrage. Mommers pakt uit met een top 3 :
- Eet meer planten en minder vlees
- Kies thuis voor echte groene energie
- Vergroen je reispatroon
Naïef optimisme ?
Alle beetjes helpen echt. We hebben alles in huis om het tij te keren. Als mens en als maatschappij. Er is nog tijd en er is altijd hoop.
Toch blijft het optimisme van Mommers ergens naïef, onvoldoende onderbouwd. Hij gaat wel erg relativerend om met nochtans forse wetenschappelijke data over klimaatverandering. Soms wordt de verleiding groot om te gaan minimaliseren, om toch maar nieuwe perspectieven te bieden. En dan is er de strijd van de eeuw. Hij geeft zelf treffend aan hoe groot de tegenkrachten zijn van de fossiele lobby’s. Maar hij geeft nergens geloofwaardig aan hoe hij die onder controle denkt te krijgen.
Die strategie vinden we dan weer wel terug in het boek van Aaron Bastani.
Het groene rijk van de vrijheid
Aaron Bastani is een links publicist vooral gespecialiseerd in nieuwe media en technologie. Hij militeerde in het Verenigd Koninkrijk zowel voor de Green Party als voor Labour. Zijn boek is pas echt een optimistische belijdenis : een manifest, zoals hij zelf zegt, een nieuwe utopie, op sommige punten zelfs een regelrechte provocatie. Je zou hem kunnen onderbrengen bij de eco-modernisten. Maar daarvoor is zijn verhaal veel te links , uitgesproken marxistisch zelfs.
Bastani gelooft dat de technologische vooruitgang al onze problemen zal oplossen.
Bastani gelooft dat de technologische vooruitgang al onze problemen zal oplossen. Nu pas, door de derde industriële revolutie (of ‘disruptie’ in zijn terminologie) wordt een sociale en tegelijk ecologische samenleving mogelijk. Want door de stormachtige technologische vooruitgang op vlak van automatisering, informatie-technologie, hernieuwbare energie en materialen, wordt arbeid overbodig en worden informatie en energie onbeperkt voorradig. De zero marginale kost van informatie, maar ook van energie wordt bijna nul . De nieuwe technologieën zorgen ervoor dat de schaarste wordt opgeheven, dat er een eind komt aan het rijk van de schaarste en dat het Rijk van de Vrijheid, zoals voorspeld door Karl Marx zich eindelijk kan ontplooien. Nu pas wordt het mogelijk om een communistische samenleving te vestigen : “een samenleving waar werken niet meer nodig is, waar schaarste vervangen is door overvloed en waar werk en vrije tijd in mekaar overvloeien”.
“een samenleving waar werken niet meer nodig is, waar schaarste vervangen is door overvloed en waar werk en vrije tijd in mekaar overvloeien”.
Lang leve de robots
Voor Bastani is de komst van de robots geen doembeeld. Hij juicht toe dat zinloos, afstompend werk grotendeels zal vervangen worden door robots en computers. In plaats van achterhoedegevechten te leveren zoals de ludieten die de eerste mechanische weef getouwen aan diggelen sloegen, en hun opvolgers die zich kanten tegen de automatisering van menselijke arbeid, moeten we de automatiseringsgolf juist versnellen . Dat is immers de logica van de geschiedenis, van de vooruitgang : dat we steeds minder moeten gaan werken en steeds meer tijd vrij krijgen voor zelfontplooiing. Het is juist een schande dat we na decennia van technologische ontwikkeling, eerder langer moeten werken dan korter. John Maynard Keynes voorspelde ooit in zijn “Letter on the Economic Possibilities of our grandchildren” dat we in de 21ste eeuw nog maar 15 uur per week zouden werken . En vandaag zitten we nog altijd met minstens 32- uren-weken, met stress en burn-out door overwerk en moeten we nog eens tot op veel latere leeftijd blijven werken. Complete waanzin, nu we omringd zijn door vernuftige machines en algoritmes die ons van al dat werk zouden moeten bevrijden. Maar Bastani is optimistisch : het doel – technologische werkloosheid voor iedereen – is in zicht.
Gratis zon, gratis grondstoffen, gratis genen, gratis voedsel
Ook de dreigende klimaatcatastrofe kunnen we voorkomen door op grote schaal in te zetten op hernieuwbare technologieën. We moeten af van de fossiele brandstoffen. Zon en wind kunnen ons onbeperkt schone energie leveren en die zal steeds goedkoper en uiteindelijk zo goed als gratis worden. Voor Bastani is dat, net zoals voor zijn voorgangers als Paul Mason, het einde van het kapitalisme. Want kapitalisme kan maar gedijen als er schaarste is.
Kapitalisme stuikt ineen als het geconfronteerd wordt met grenzeloze overvloed. En dat is nu juist wat Karl Marx altijd al voorspeld had.
Kapitalisme stuikt ineen als het geconfronteerd wordt met grenzeloze overvloed. En dat is nu juist wat Karl Marx altijd al voorspeld had. Dit principe van onbegrensde voorradigheid en marginale kosten wil Bastani nu ook op andere sectoren gaan toepassen. Daarbij wordt zijn verhaal steeds geforceerder. En krijgt zijn betoog steeds meer trekken van het futurisme en transhumanisme van Yuval Noah Harari . Grondstoffen zijn voor Bastani geen probleem : ook die zijn onbeperkt voorradig. En dan verwijst hij niet zo zeer naar een circulaire economie, maar voorspelt hij dat we in het zog van de commerciële ruimtevaart gelanceerd door Elon Musk, straks alle zeldzame metalen nodig voor onze groene en slimme technologieën zullen ontginnen op asteroïden. Roofbouw op onze aarde door mijnen heeft zijn beste tijd gehad. Ze worden vervangen door ruimte-mijnen en zo breekt ook voor grondstoffen een tijdperk van post-schaarste aan. Ook de gezondheidszorg ondergaat een technische revolutie. Gene sequencing wordt steeds goedkoper. Ook genetische informatie wil vrij zijn, wordt op termijn gratis. Genetische ziekten worden uitgeroeid, mensen worden steeds ouder. Voedselschaarste wordt overwonnen door een radicaal doortrekken van de groene revolutie gebaseerd op gentechnologie en synthetische biologie. Megastallen voor dieren verdwijnen doordat we op grote schaal kweekvlees of plantaardige eiwitten gaan eten. Het doden van dieren wordt verboden. Doordat landbouw en veeteelt steeds minder ruimte in beslag nemen, kan de natuur terug verwilderen. Hier loopt het verhaal van Bastani helemaal parallel met dat van de eco-modernisten.
Hier loopt het verhaal van Bastani helemaal parallel met dat van de eco-modernisten.
Nood aan een rood en groen populisme
Om deze paradijselijke toestand te bereiken is er nood aan een populistische politiek die ervoor zorgt dat de vruchten van de derde industriële revolutie (disruptie) niet gaan naar de rijken die steeds meer winst willen maken, maar dat de winsten gebruikt worden om de noden van alle mensen te lenigen. Dit populisme verwerpt het realisme van de kapitalistische economie die beweert dat we steeds meer moeten blijven werken en vervuilen. Technisch is het mogelijk en we hebben er recht op. Het nieuwe populisme moet tegelijk rood en groen zijn. Rood moet de grenzen van de planeet erkennen en strijden tégen werk, in plaats van vóór werk. Groen moet haar superioriteitswaan rond zelfgekozen versobering afleggen en haar strijd tegen de moderniteit en grootschaligheid afzweren.
In het laatste deel van zijn boek pakt Bastani uit met een reeks klassieke communistische oplossingen. Het nieuwe rood-groene populisme kan maar slagen als de vruchten van de technologische vooruitgang, als de machines in gemeenschapsbezit komen. Als de robots het werk doen, moet de opbrengst van hun werk naar de mensen, naar de gemeenschap gaan. Dat kan maar als we breken met het neoliberalisme. Er is nood aan vormen van staatsbezit, coöperatieven in de handen van werknemers, of nieuwe vormen van commons.
Bastani pleit bewust niet voor een basisinkomen. Want dan blijven de machtsverhoudingen onaangetast. Hij pleit voor universele basisdiensten, publieke dienstverlening in overheidshanden : m.n. onderwijs, gezondheidszorg, huisvesting, vervoer en natuurlijk informatie en energie. De overgang naar een duurzame economie moet er komen door publieke investeringen, bijv. nationale of lokale volksbanken die investeren in hernieuwbare energie, energiebesparing en -opslag. De economie moet van onderop herbouwd worden, met nadruk op lokale, organische productie met lokaal geproduceerde energie. De vergroening van de economie moet sociaal zijn, maar ook steeds kiezen voor democratisering, socialisering : groene politiek kiest steeds voor productiewijzen en technieken die zorgen voor zelfbeschikking van mensen, van lokale gemeenschappen.
Een droom die nog niet af is …
Bastani’s boek doet zeker dromen. Hij zet gevestigde denkbeelden op hun kop. Bijvoorbeeld met zijn pleidooi om actief te vechten voor meer werkloosheid. Of met zijn voorspelling dat alles op termijn gratis en in overvloed ter beschikking komt : van energie tot informatie, van gentherapie tot kweekvlees.
Maar daarvoor gaat hij wel erg ver in zijn technologisch optimisme. Technologie maakt ons tot goden zegt hij ergens, daar kunnen we dan beter goed in worden. Waardoor hij bijna exact de bewoordingen overneemt van “Homo Deus” van Yuval Noah Harari.
Hij blijft blind voor de vele negatieve kanten die veel van de technologieën die hij zo beeldend oproept, met zich brengen.
Hij blijft blind voor de vele negatieve kanten die veel van de technologieën die hij zo beeldend oproept, met zich brengen. Kernenergie is niet echt zijn ding, voor de rest heeft hij veel gemeen met de eco-modernisten en hun blind geloof in innovatie. Maar hij plaatst zijn verhaal wel in een duidelijk links, marxistisch kader. Waardoor hij allicht in het rijtje van de eco-modernisten toch uit de toon valt.
De klassieke communistische recepten waar hij uiteindelijk mee uitpakt om zijn verhaal sluitend te maken, missen dan weer de verbeeldingskracht die hij ten toon spreidde in de rest van het boek. Hij speelt even met coöperatieve en burgerbewegingen en met nieuwe commons, maar valt dan toch grotendeels terug op de bekende oplossingen van een staatsgeleide economie. Met alle vragen die daar weer bij te stellen zijn…
[1] Bill McKibben, “Falter”, april 2019
[1] Paul Hawken, “Drawdown. The most comprehensive plan ever proposed to reverse global warming’, 2017
[1] IMF Working Paper, Global Fossil Fuel Subsidies remain large, 2/5/2019 – file:///C:/Users/Johan/Downloads/WPIEA2019089%20(1).pdf
[1] “Angst helpt niet om het klimaatprobleem op te lossen”, De Tijd, 14 mei 2019
[1] Cf. de gelijklopende analyse in Rutger Bregman, “De Meeste Mensen Deugen”, 2019
[1] Bill McKibben brengt dit relaas ook in geuren en kleuren in zijn boek ‘Falter’ – Nathaniel Rich beschrijft in zijn boekje ‘Het Verlies van de Aarde’ (2019) hoe de petroleumindustrie eind van de jaren ‘70 (onder president Carter) klaar stond om te anticiperen op klimaatwetgeving en klimaatfiscaliteit, maar tegen 1989 (na de periode Reagan en onder Bush) geheel van strategie was veranderd.
[1] Hoewel ecomodernisme perfect kan samengaan met een uitgesproken socialistische keuze, zoals de Australiër Jonathan Symons bewees in zijn uitwerking van een ambitieus ecomodern project in ‘Ecomodernism’ (Polity, Cambridge/Medford, 2019)
[1] Deze these ontwikkelt Jeremy Rifkin ook met glans in ‘The Zero Marginal Cost Society’ (2014)
[1] Bastani beroept zich vooral op het zgn. ‘Fragment over Machines’ uit de Grundrisse van Karl Marx
[1] Bastani volgt daarmee het voorbeeld van andere “accelerationisten” als Paul Mason (“Post-Capitalism”, 2015) en Nick Srnicek en Alex Williams (“Inventing the future : postcapitalism and a world without work”, 2016).
[1] Robert en Edward Skidelsky nemen deze brief van Keynes zelfs als uitgangspunt om een hele ‘grenzen aan de groei’ – ideologie op te baseren en te pleiten voor een economie van het genoeg (“Hoeveel is Genoeg”, Bezige Bij, 2013)
[1] Yuval Noah Harari, 21 lessen voor de 21ste eeuw, Thomas Rap, 2018