De tirannie van de verdienste, Michael Sandel – Recensie

Michael Sandel, hoogleraar politieke filosofie aan Harvard University schreef De tirannie van de verdienste in het voorjaar 2020, in het laatste jaar van de ambtstermijn van Donald Trump, maar voor de presidentsverkiezingen van november 2020. Er was toen nog geen sprake van ‘gestolen stemmen’ en aan een bestorming van het Capitool werd helemaal nog niet gedacht. En toch, het boek is als het ware een voorspelling van een onhoudbare situatie. 

Sandel’s analyse schetst glashelder een gepolariseerde samenleving én een gepolariseerde hedendaagse politiek. Het boek is een waarschuwing die, helaas, niet tijdig werd gehoord.

Hij maakt namelijk een balans op. Hij vraagt zich af hoe het zover is kunnen komen dat de samenleving in de Verenigde Staten zo verdeeld is. Ook stelt hij de vraag in hoeverre de klacht van het volk terecht is en hij analyseert de diverse factoren die daartoe hebben geleid. Hij waarschuwt de bestuurlijke elite dat ze moet ophouden met zich verheven te voelen boven de rest. Vele mensen voelen zich niet meer door hen vertegenwoordigd en wenden zich daardoor tot populistische leiders en partijen.

Allereerst is er het honkvaste geloof in het meritocratisch systeem dat de lof voor de ongebreidelde vrijheid en het alleenrecht op eigen verdienste zingt. Gestoeld op een protestantse theologie dat alles wat gebeurt een reden heeft, leeft de overtuiging dat je je lot verdiend hebt (de goddelijke beloning of de straf). Meritocratie laat weinig of geen ruimte voor solidariteit. ‘Loon naar verdienste’ is een onrechtvaardig regime. 

Het vermogen om door hard te werken je lot in eigen hand te nemen geeft het gevoel van macht en kracht. Maar de keerzijde is wel dat in een ‘marktsamenleving’ (geglobaliseerd en technologisch ingericht) een groeiend aantal uit de boot valt. De visie op succes en mislukking leidde niet alleen tot groeiende ongelijkheid maar vooral tot minachting voor degenen die het succes niet toebehoort en tot vernedering en ressentiment bij de verliezers.

Een exponentiële versnelling in de laatste vier decennia van de globalisering en het blijvende geloof in een ongelimiteerd neoliberaal beleid ontwrichtten de economie. Miljoenen banen gingen verloren en miljoenen Amerikanen bleven werkloos achter. De vrijheidsgedachte die zich moet situeren op het vlak van de vrije meningsuiting is zo sterk dat dit ongehinderd ook op economisch gebied geldt. Daar is echter een vorm van solidariteit en verdeling van opbrengsten noodzakelijk, maar dit ontbreekt volledig. De meest elementaire vormen van solidariteit tussen de bevolking zijn er niet of zijn ruim onvoldoende.

Reeds in 2016 schrijft Sandel in zijn boek ‘Niet alles is te koop – de morele grenzen van marktwerking’ over een doorgeschoten marktdenken dat leidt tot toenemende sociale apartheid. Een goed werkende democratie vraagt namelijk dat alle lagen van de bevolking aan hun trekken komen en dit is al enkele decennia niet meer het geval.

Als toemaat is er in de laatste decennia de groeiende impact van de ‘financialisering’, dit is een financiële economie die de reële economie overheerst waardoor de scheiding tussen de succesvollen en de ‘deplorables’ (Hillary Clinton) exponentieel is vergroot. 

Belangrijk zijn dus vooral de emotionele gevolgen: aantasting van de menselijke waardigheid en gevoel van vernedering die leiden tot revolte. Dit werd voor het eerst zichtbaar bij de vorige verkiezing en het onverwachte succes van Trump die handig inspeelde op deze emoties van onrecht en onbillijkheid, die sprak van ‘de winnaars’ en ‘de verliezers’. De democratische partij met de presidenten Clinton en Obama hielden het bij ‘kansen grijpen’ en ‘opklimmen’ en zagen niet tijdig in dat de waardigheid van velen ondermijnd werd door het heersende systeem. 

Zijn uiteindelijke vraag is of de democratie nog wel een toekomst heeft in de Verenigde Staten en wat er nodig is om de democratie te redden. Daartoe reikt hij ook oplossingen aan. Hij hamert op de noodzaak van een hervorming van het onderwijs want het opleidingssysteem zit grondig fout. Zo kan de hoge instapprijs voor hoger onderwijs enkel door de elite betaald worden. En enkel met zo’n diploma op zak kan men aanspraak maken op de betere  jobs en rijke verdienste. Een vicieuze cirkel die moet doorbroken worden. 

Hij pleit voor een minimum aan solidariteit onder de vorm van voorzieningen waaronder betere gezondheidszorg die een weg uit de armoede kunnen bieden. Hij wijst op de rol van het gezin, het belang van een openbaar leven waaraan elkeen kan deelnemen, van openbare gelegenheden waarin mensen van diverse stand en leeftijd en kleur mekaar kunnen ontmoeten. Spijtig dat Sandel het thema ‘basisinkomen’ niet aanraakt, hetgeen mijns inziens echter een hefboom kan zijn voor een beter algemeen welzijn.

Het boek roept de vraag op of de zopas verkozen president er in zal slagen om het roer om te gooien, om de gevoelens van minderwaarde en nietigheid om te buigen en de grote kloof enigszins te dichten.

Tenslotte zegt hij: niet alleen in de Verenigde Staten, ook in Groot-Brittannië en Europa zien we een populistische revolte waardoor de progressieve en de middenpartijen stemmen verliezen en zich moeten heroriënteren. Een thema dat ons niet onberoerd kan laten. Uitkijken dus naar een volgend boek van Sandel of wie weet naar een lezing in België?

Chris Maryns

 

×
×

Winkelmand